Zonneveld schrok zich een ongeluk van ticketprijzen Olympische Spelen: 'Voor bobo's en oliesjeiks'

In zijn column zet Zonneveld uiteen hoe hij door een gelukkige inloting op zoek kon naar kaartjes voor de wedstrijden in het atletiekstadion. De Spelen zijn zelden zo naast de deur, en de fanatieke fietser zag dat (en waarschijnlijk vele Nederlanders met hem) als een buitenkansje: 'Een keertje met het hele gezin naar atletiek. Femke Bol in het echt zien, het polsstokhoogspringen, de steeple chase misschien'.

Toen Zonneveld zag hoeveel een paar tickets voor de bovenste ring kostten, verslikte hij zich in zijn koffie. Voor vier kaartjes zou hij 2888 euro neertellen. Om over vervoer en verblijf nog maar te zwijgen. De columnist zette zijn zoektocht door: 'Wil je Sifan Hassan de 10.000 meter zien winnen? Kaartjes vanaf 990 euro. Een poulewedstrijdje basketbal minstens 120, beachvolleybal begint bij 420 ekkies en een potje zwemmen kijken kan vanaf 690 euro.'

'Ik word er een beetje verdrietig van', vervolgt Zonneveld zijn verhaal. 'De liefde voor sport loopt door alle lagen van de samenleving heen, maar er van dichtbij naar kijken is steeds meer weggelegd voor de happy few. Voor de accountants- en advocatenkantoren die kaartjes kopen voor hun relaties, voor bobo’s en oliesjeiks, voor mensen die geen pijn in hun buik krijgen van een paar honderd of een paar duizend euro neertellen voor een avondje in het stadion.' Een klucht voor een evenement dat wordt gepromoot als 'duurzaam en toegankelijk'.

Zonneveld is niet de enige die heeft opgemerkt dat de ticketprijzen op zijn zachtst gezegd aan de hoge kant zijn. Diverse Franse atleten en belangengroepen hebben zich al over dit probleem uitgesproken, maar vooralsnog is er niets aan de prijzen veranderd.