Santos FC is afgelopen woensdag voor het eerst in haar
111-jarige geschiedenis gedegradeerd. Door de historische degradatie mag de
Braziliaanse club met recht spreken van een dramatisch jaar. De degradatie volgt kort na het overlijden van clublegende
Pelé.
Het afgelopen seizoen verliep echter zeer teleurstellend
voor Santos. Op de laatste speeldag leed de club een 1-2 nederlaag tegen
Fortaleza in het stadion waar eerder in januari het afscheid van Pelé
plaatsvond. Bahia won met 4-1 van Atlético Mineiro, waardoor Santos op de
zeventiende plaats belandde. De Braziliaanse competitie bestaat uit twintig clubs
waarbij de onderste vier direct degraderen. Voor de laatste speelronde stond
Santos nog veilig op de vijftiende plek.
Tot afgelopen woensdag was Santos een van de drie clubs die
nooit degradeerden naar het tweede niveau in Brazilië. Nu zijn alleen zesvoudig
landskampioen São Paulo en zevenvoudig landskampioen Flamengo overgebleven.
Santos FC werd acht keer kampioen van Brazilië. Aan de hand van Pelé boekte de Santos in de jaren vijftig en zestig wereldwijd succes. In 1962 en 1963 won de club zowel de Copa Libertadores én de wereldbeker voor clubs.
Santos FC heeft in het verleden veel bekende spelers
voortgebracht, waaronder
Neymar, die voor zijn overstap naar FC Barcelona voor
de club speelde. Ook voormalig aanvaller Robinho en Rodrygo, tegenwoordig
spelend voor Real Madrid, doorliepen de jeugdopleiding van Santos FC. Neymar
reageerde op sociale media bedroefd op de degradatie van zijn voormalige club
met de woorden: 'Santos, altijd Santos. Wij zullen weer lachen.'
Supporters slaan door na degradatie
Na de wedstrijd ontstonden er rondom het stadion hevige
rellen door geëmotioneerde supporters, waarbij auto's in brand werden gestoken.
Ook probeerden de supporters na het laatste fluitsignaal het veld te bestormen,
maar dit werd verhinderd door de massale aanwezigheid van de Braziliaanse
politie in het stadion.
Naast de historische degradatie viel ook de beslissing om het
landskampioenschap. Palmeiras kroonde zich door een gelijkspel op tegen
Cruzeiro tot kampioen. Hiermee bleven zij het Grêmio van Luis Suarez net voor.
Botafogo, waar onder andere Diego Costa onder contract staat, verspeelde het
kampioenschap door de laatste elf wedstrijden van de competitie niet te winnen.